Het gen dat verantwoordelijk is voor rookverslaving, maakt niet-rokers juist dik. VU-wetenschappers werkten mee aan het onderzoek dat leidde tot deze ontdekking. Dat schrijft Het Parool.
Mensen met een variant in het gen CHRNA5-A3-B4 hebben het niet getroffen: het gen maakt je eerder rookverslaafd óf moedigt je aan meer te eten. Onderzoekers uit verscheidene landen – waaronder Nederland – deden de ontdekking.
Moeilijker stoppen met roken of afvallen
Met de genvariant CHRNA5-A3-B4 word je overigens niet per definitie dik of ga je roken. Het is met name lastig om te stoppen met roken of af te vallen. Wat ook opvalt, is dat de variant in CHRNA5-A3-B4 er bij niet-rokers voor zorgt dat ze zwaarder zijn dan de niet-rokers zonder deze variant. Eerder werd aangenomen dat het alleen maar een rokersgen was.
Het lijkt erop dat dragers van het gen gevoeliger zijn voor beloning. Rokers zoeken dat vervolgens in sigaretten, niet-rokers zoeken dat in eten. Rokers met deze genvariant hebben ook een iets lagere BMI (gewichtsindex) dan de mensen zonder de variant. Dankzij het gen roken ze meer sigaretten, maar daardoor snoepen ze minder.
Nicotinepleisters
Kun je er nog iets aan doen als je dit gen hebt? Een medicijn is er niet direct, maar we gaan steeds meer richting personalized medicine – medicatie afgestemd op het individu. Je zou rookverslaving dus ook gerichter kunnen behandelen. Zo blijkt uit onderzoek bijvoorbeeld dat nicotinepleisters beter werken bij mensen met deze genvariant dan bij rokers zonder de variant.